Herstel en vervolmaking van de schepping
zijn alleen mogelijk door middel van ommekeer - tesjoeva. Terugkeer is
ook een mogelijke weergave van dit Hebreeuwse begrip. De ommekeer van de gemeenschap
betekent tegelijkertijd de terugkeer naar het land der vaderen en naar de ongeschonden
staat van het paradijs. Rabbi Avraham Kook (1865-1935), mysticus en eerste Aschkenazische
opperrabbijn van Israël, heeft de ervaringswereld van de Joodse mystiek op poëtische
wijze onder woorden gebracht. In zijn woorden beluisteren wij het onwrikbare vertrouwen in
de komst van de messiaanse tijd, waarin de breuk der schepping zal zijn geheeld. Zonder
ommekeer zou er geen hoop voor deze wereld bestaan. Volgens de mening van Rav Kook
herkennen we een eerste en schuchter begin van verlossing in de staat Israël,
niettegenstaande alle onvolkomenheden van dit land. Zijn woorden zijn stimulerend en vormen een enthousiast pleidooi voor
vernieuwing. Ze sporen ook aan om oude ingesleten gedrags- en denkpatronen los te laten.
In zijn boek over omkeer en berouw schrijft Rav Kook: De toekomst zal de wonderen
van de kracht van ommekeer onthullen. Deze onthulling zal belangrijk blijken voor de
gehele wereld, meer dan men zich kan indenken, en in veel grotere omvang dan alle
verwonderlijke toekomstvisies die men doorgaans waarneemt in elk bereik van leven en
bestaan. Tot deze nieuwe openbaring zal ieders hart zich in verwondering aangetrokken
voelen, in zodanige mate dat haar geest op allen invloed zal uitoefenen. Dan zal de wereld
tot haar ware wedergeboorte worden opgewekt. Zonde zal ophouden te bestaan, de geest van
onreinheid zal verteerd worden en alle kwaad zal als rook verdwijnen (Rav Kook, Orot
ha-Tesjoeva).